vergelen
Nederlands
Woordafbreking
- ver·ge·len
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
vergelen |
vergeelde |
vergeeld |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
vergelen
- ergatief geel worden door veroudering of invloed van de omgeving
- Alle oude foto's waren vergeeld.
Vertalingen
1. geel worden door veroudering of invloed van de omgeving
Gangbaarheid
- Het woord vergelen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'vergelen' herkend door:
91 % | van de Nederlanders; |
92 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.