update

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • up·date
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Engels.
enkelvoud meervoud
naamwoord update updates
verkleinwoord updateje updatejes

Zelfstandig naamwoord

update m

  1. een vernieuwde, verbeterde versie
    • Updates maakten de huidige LHC steeds een beetje sterker. Op termijn loopt men met de huidige versneller echter tegen een grens op. De FCC zal door zijn grotere formaat deeltjes met grofweg tienmaal meer energie op elkaar kunnen schieten dan het maximum van de LHC. [1] 
  1. (informatica) een gemoderniseerde versie van een computerprogramma
    • Er is een update voor dit programma beschikbaar. Wilt u deze nu downloaden? 
Vertalingen

Werkwoord

vervoeging van
updaten

update

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van updaten
    • Ik update. 
  2. gebiedende wijs van updaten
    • Update! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van updaten
    • Update je? 
  4. aanvoegende wijs van updaten

Gangbaarheid

  • Het woord update staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
96 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

Engels

Uitspraak
enkelvoud meervoud
update updates

Zelfstandig naamwoord

update

  1. (informatica) update
vervoeging
onbepaalde wijs to update
he/she/it updates
verleden tijd updated
voltooid
deelwoord
updated
onvoltooid
deelwoord
updating
gebiedende wijs update

Werkwoord

update

  1. updaten
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.