uitvlooien

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • uit·vlooi·en
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

uitvlooien

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
uitvlooien
vlooide uit
uitgevlooid
zwak -d volledig
  1. iets heel zorgvuldig uitzoeken of bestuderen
    • Dat uitvlooien was de opdracht die de Antwerpse gedeputeerde Ludwig Caluw (CD&V) vorig jaar gaf aan een team onderzoekers onder leiding van professor Thierry Vanelslander.[1] 
    • Visser - in het dagelijks leven kantonrechter te Zaandam - moet in korte tijd de juridische problemen uitvlooien, een volgens hem vermoeiende bezigheid. „Je kunt dit vergelijken met het werk van een huisarts.[2] 
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord uitvlooien staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
91 %van de Nederlanders;
97 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

  1. de Standaard 22 NOVEMBER 2017
  2. Tubantia 02-FEBRUARI-2009
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.