uitsnuiten
Nederlands
Woordafbreking
- uit·snui·ten
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van uit en snuiten
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
uitsnuiten |
snoot uit |
uitgesnoten |
klasse 2 | volledig |
Werkwoord
uitsnuiten [1]
- overgankelijk door beurtelings de neus samen te knijpen en door de neus te blazen slijm uit de neusholte verwijderen
- het inkorten van de lont van een brandende kaars om het walmen te beperken
Gangbaarheid
- Het woord 'uitsnuiten' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.