uiteenlopen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • uit·een·lo·pen
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
uiteenlopen
liep uiteen
uiteengelopen
klasse 7 volledig

Werkwoord

uiteenlopen

  1. ergatief zich in verschillende richting bewegen
    • Beider standpunten waren echter te veel uiteengelopen. 
  1. absoluut verschillend zijn
    • Hij legt uit dat de levensopvattingen van de Han-Chinezen en Tibetanen altijd ver uiteengelopen hebben. 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord uiteenlopen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.