uitdaging
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: uitdaging (hulp, bestand)
- IPA:
- (Noord-Nederland): /ˈœʏdaχɪŋ/
- (Vlaanderen, Brabant, Limburg): /ˈœːdaɣɪŋ/
Woordafbreking
- uit·da·ging
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | uitdaging | uitdagingen |
verkleinwoord | uitdaginkje | uitdaginkjes |
Zelfstandig naamwoord
uitdaging v
- een taak die moeilijk te verwezenlijken valt
- een daad gericht op het ontlokken van een (specifieke) reactie
Verwante begrippen
Uitdrukkingen en gezegden
- de uitdaging aangaan
Vertalingen
1. een taak die moeilijk te verwezenlijken valt
de uitdaging aangaan
|
Gangbaarheid
- Het woord uitdaging staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'uitdaging' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.