tweedekker

Nederlands

tweedekker
Uitspraak
Woordafbreking
  • twee·dek·ker
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘vliegtuig’ voor het eerst aangetroffen in 1909 [1]
  • Samenstellende afleiding van twee en dek met het achtervoegsel -er
enkelvoud meervoud
naamwoord tweedekker tweedekkers
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

tweedekker m voorwerp met twee dekken:

  1. (luchtvaart) vliegtuig met twee vleugels boven elkaar [2]
  2. bus met twee verdiepingen [3]
  3. (scheepvaart) schip met twee dekken [4]
Synoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord tweedekker staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
83 %van de Nederlanders;
92 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.