tuberculose

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • tu·ber·cu·lo·se
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘infectieziekte’ voor het eerst aangetroffen in 1879 [1]
  • afgeleid van tuberkel met het achtervoegsel -ose [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord tuberculose -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

tuberculose v

  1. (medisch) een ziekte veroorzaakt door de tuberkelbacterie (Mycobacterium tuberculosis) waarbij tuberkels worden gevormd
    • Vóór de uitvinding van de antibiotica was tuberculose een gevreesde volksziekte. 
Synoniemen
Hyponiemen
  • bottuberculose, darmtuberculose, huidtuberculose, longtuberculose, niertuberculose, paratuberculose, pseudotuberculose
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord tuberculose staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.