trektocht
Nederlands
Woordafbreking
- trek·tocht
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van trek ww en tocht (bet. 2).
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | trektocht | trektochten |
verkleinwoord | trektochtje | trektochtjes |
Zelfstandig naamwoord
trektocht m
- tocht, reis waarbij een wat langere afstand wordt afgelegd, meestal van minstens enkele dagen, zowel van mensen als van dieren gezegd
- Een vogel op zijn trektocht.
Vertalingen
1. tocht waarbij een wat langere afstand wordt afgelegd, meestal van minstens enkele dagen, zowel van mensen als van dieren gezegd
Gangbaarheid
- Het woord trektocht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'trektocht' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.