trefkans
Nederlands
Woordafbreking
- tref·kans
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van tref ww en kans
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | trefkans | trefkansen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
trefkans v/m [1]
- de kans om te raken
- Veel belastingambtenaren willen de trefkans bij (opzettelijk) verkeerd ingevulde aangiftebiljetten opvoeren door de computers van meer informatie te voorzien. De makkelijkste manier is meer vragen op het aangiftebiljet op te nemen. Hoe duur de vakantie was, of je een caravan hebt gekocht, hoe vaak iemand is verhuisd. Dat is politiek niet acceptabel. Opeenvolgende kabinetten beloven juist al jaren de administratieve rompslomp terug te dringen. Daarom krijgen belastingambtenaren geen toestemming voor het opnemen van extra vragen op het aangiftebiljet. Als ze bovendien informatie willen die u al aan een andere overheidsinstantie hebt verstrekt (bijvoorbeeld over uw verhuizing, uw inkomen of vergunningen), moeten ze de gewenste gegevens daar ophalen. Althans, dat is de bedoeling. [2]
- de kans om geraakt te worden
- Dat een mobieltje een isolator is, mag zo zijn, dat geldt niet direct voor een iPod. Die heeft geleidende stroomdraden, zoals op het lijf van het Canadese slachtoffer goed te zien was. Kleine metalen voorwerpen, zoals sieraden en broekgespen, vergroten de trefkans ook niet. Dit in tegenstelling tot geheven golfclubs en geleidende hengels. [3]
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord trefkans staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'trefkans' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
96 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- NRC Aertjan Grotenhuis 3 april 2010
- NRC Wim Köhler 19 juli 2007
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.