totaalsom

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • to·taal·som
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord totaalsom totaalsommen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

totaalsom v/m [1]

  1. het eindbedrag dat is ontstaan door de verschillende posten van een rekening bij elkaar op te tellen
    • Wij wisten wel uit ons hoofd wat de totaalsom was, en legden die op de toog. [2] 
    • De instructie: Bestel twee kaarten naar keuze + klinkend arrangement t.w.v. € 7,50 en vul bij het afrekenen actiecode ‘tubantia’ in. De actiecode geldt voor alle rangen (mits beschikbare kaarten). Het bedrag van het klinkend arrangement wordt dan in mindering gebracht op uw totaalsom. [3] 
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord totaalsom staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
97 %van de Nederlanders;
97 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.