terugslag
Nederlands
Woordafbreking
- te·rug·slag
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van terug en slag
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | terugslag | terugslagen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
terugslag m [1]
- (militair) de kracht die tijdens het afvuren van een vuurwapen uitgeoefend wordt op het wapen zelf
- Door de terugslag viel het pistool uit mijn hand na het afvuren.
- nadelig gevolg van iets
- Na het herstel van de operatie kreeg ze toch nog een terugslag.
- reactie op een actie
- De couppoging werd afgeslagen doordat duizenden Turken met gevaar voor eigen leven de straat op gingen om de democratie te beschermen. Zeker 200 burgers en politieagenten vonden daarbij de dood. Maar de foto staat ook voor de buitensporige terugslag die volgde: het ongehoorde aantal arrestaties, ontslagen en schorsingen van iedereen die - terecht of onterecht- in verband wordt gebracht met de beweging van de islamitische geestelijke Fethullah Gülen. Het resultaat is een land in de greep van wantrouwen, cynisme en geweld. [2]
Gangbaarheid
- Het woord terugslag staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'terugslag' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- NRC Toon Beemsterboer 16 juli 2016, Istanbul, Turkije
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.