telefoonhoorn

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • te·le·foon·hoorn
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord telefoonhoorn telefoonhoorns
verkleinwoord telefoonhoorntje telefoonhoorntjes

Zelfstandig naamwoord

telefoonhoorn m

  1. dat deel van een telefoontoestel dat de microfoon en de luidspreker bevat
    • Tot de komst van de draagbare telefoons moest de telefoonhoorn altijd op de haak terugleggen. 

Gangbaarheid

  • Het woord telefoonhoorn staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.