taxistop
Nederlands
Woordafbreking
- taxi·stop
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van taxi zn en stop zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | taxistop | taxistops |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
taxistop m
- organisatie voor kostendelend liften die probeert reizigers (lifters) en chauffeurs (iemand die een lifter wil meenemen) samen te brengen
- De Vlaamse ministers Joke Schauvliege (CD&V), Ben Weyts (N-VA) en Bart Tommelein (Open Vld) ondertekenden vandaag samen met de initiatiefnemers Autodelen.net, Taxistop, The New Drive en The Shift, de eerste Groene Economie Convenant of Green Deal in Vlaanderen. De bedoeling is om mensen warm te maken voor 'gedeelde mobiliteit'. Daarbij moet tegen 2020 het aantal autodelers, carpoolers en fietsdelers aanzienlijk stijgen. [1]
- Taxistop pleitte bij Vlaams minister van Mobiliteit Ben Weyts (N-VA) vorig jaar nog om geplande spitsstroken uit te breiden tot carpoolstroken: een extra rijstrook toevoegen is op veel plaatsen niet haalbaar in Vlaanderen. Een ander obstakel is het groot aantal op- en afritten aan de snelwegen. [2]
Gangbaarheid
- Het woord taxistop staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'taxistop' herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- De Standaard 27/03/2017 Zo wil Vlaanderen minder auto's op weg
- De Standaard 04/09/2017 Waals gewest wil experimenteren met carpoolstroken
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.