tailleren

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • tail·le·ren
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
tailleren
tailleerde
getailleerd
zwak -d volledig

Werkwoord

tailleren [1]

  1. in vorm brengen door het overbodige weg te snijden
  2. (kleding:) taille geven aan
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord tailleren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
94 %van de Nederlanders;
93 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.