stopzetting
Nederlands
![](../I/m/Demonstratie_voor_stopzetting_bouw_raketbasis_Woensdrecht_Dam%2C_Amsterdam%2C_Bestanddeelnr_933-9093.jpg)
demonstratie voor stopzetting bouw raketbasis Woensdrecht
Woordafbreking
- stop·zet·ting
Woordherkomst en -opbouw
- naamwoord van handeling stopzetten met het achtervoegsel -ing
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | stopzetting | stopzettingen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
stopzetting v [1]
- iets stoppen wat al gestart is; het niet meer doorgaan met iets
- De afspraken over stopzetting van het Iraanse nucleaire wapenprogramma die Teheran in 2015 maakte met mondiale grootmachten werken en de EU houdt daaraan vast.[2]
- Over de stopzetting van de grotere subsidie is artistiek leider van de Matinee Kees Vlaardingerbroek verontwaardigd. Hij ziet de opdrachtwerken als een „kernactiviteit” van de Matinee.[3]
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord stopzetting staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'stopzetting' herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- Reformatorisch Dagblad 25-04-2018 EU houdt vast aan nucleaire deal met Iran
- NRC Mischa Spel 12 april 2018 ZaterdagMatinee heeft geen geld meer voor opdrachtcomposities
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.