stopcontact
Nederlands
Woordafbreking
- stop·con·tact
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van stop ww en contact
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | stopcontact | stopcontacten |
verkleinwoord | stopcontactje | stopcontactjes |
Zelfstandig naamwoord
stopcontact o [1]
- (elektrotechniek) inrichting waardoor men d.m.v. het insteken van een stekker elektrisch verbinding met het lichtnet maakt
Gangbaarheid
- Het woord stopcontact staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'stopcontact' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.