stichtelijk
Nederlands
Woordafbreking
- stich·te·lijk
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | stichtelijk | stichtelijker | stichtelijkst |
verbogen | stichtelijke | stichtelijkere | stichtelijkste |
partitief | stichtelijks | stichtelijkers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
stichtelijk [2]
- verheffend in godsdienstige of zedelijke zin
- aan godsdienstige zaken gewijd
Antoniemen
- onstichtelijk
Afgeleide begrippen
- stichtelijkheid
Gangbaarheid
- Het woord stichtelijk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'stichtelijk' herkend door:
96 % | van de Nederlanders; |
80 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.