stern
Nederlands
Woordafbreking
- stern
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het modern Latijn, in de betekenis van ‘meeuwachtige’ voor het eerst aangetroffen in 1761 [1] [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | stern | sterns sternen |
verkleinwoord | sterntje | sterntjes |
Zelfstandig naamwoord
stern v/m
- Er vlogen een paar sterntjes over.
Verwante begrippen
Hyponiemen
- brilstern, dwergstern, grote stern, koningsstern, krijtstern, lachstern, reuzenstern, witvleugelstern, witwangstern
Vertalingen
1. een slanke meeuwachtige vogel uit de familie Sternidae
Gangbaarheid
- Het woord stern staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'stern' herkend door:
82 % | van de Nederlanders; |
67 % | van de Vlamingen. |
Engels
Uitspraak
- Geluid: stern (VS) (hulp, bestand)
- IPA: /stɜː(ɹ)n/
stellend | vergrotend | overtreffend |
---|---|---|
stern | sterner | sternest |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.