sprietig
Nederlands
Woordafbreking
- sprie·tig
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | sprietig | sprietiger | sprietigst |
verbogen | sprietige | sprietigere | sprietigste |
partitief | sprietigs | sprietigers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
sprietig [1]
- met veel dunne uitsteeksels
- De koers zwiept heen en weer, forse uitslagen omhoog en omlaag, vele sprietige candles, twee handen aan het stuur als je posities hebt uitstaan, er wordt nogal wat navigatievaardigheid van de beleggers gevraagd. [2]
- Tijdens de crisisvergadering van een paar weken geleden verscheen hij - uit het niets leek het - bij Türkiyem. Een curieuze verschijning is de 'verzorger' zeker, met zijn sprietige baard, zijn woeste leren jack en zijn haar in een kungfustaart. Een gemotoriseerde bakfiets maakte de verwarring compleet. [3]
Gangbaarheid
- Het woord sprietig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'sprietig' herkend door:
89 % | van de Nederlanders; |
63 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- De Telegraaf NICO BAKKER 23 jan. 2019 Column: TomTom en de magneetkoers
- Het Parool 3 NOVEMBER 2008 spelers-turkiyem-met-zijn-allen-aan-de-naald
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.