smeerkaas
Nederlands
Woordafbreking
- smeer·kaas
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Duits, in de betekenis van ‘smeerbare kaas’ voor het eerst aangetroffen in 1950 [1]
- samenstelling van smeer ww en kaas [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | smeerkaas | smeerkazen |
verkleinwoord | smeerkaasje | smeerkaasjes |
Zelfstandig naamwoord
smeerkaas m
- (voeding) een zacht soort kaas dat uitgesmeerd kan worden op bijvoorbeeld brood
- Ik doe vaak smeerkaas op m'n brood.
Vertalingen
1. een zacht soort kaas dat uitgesmeerd kan worden op bijvoorbeeld brood
Gangbaarheid
- Het woord smeerkaas staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'smeerkaas' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.