smalspoor
Nederlands
Woordafbreking
- smal·spoor
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Duits, in de betekenis van ‘smalle spoorbaan’ voor het eerst aangetroffen in 1912 [1]
- samenstelling van smal en spoor [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | smalspoor | smalsporen |
verkleinwoord | smalspoortje | smalspoortjes |
Zelfstandig naamwoord
smalspoor o [3]
- (spoorwegen) spoorbaan met geringere spoorbreedte dan normaalspoor
Gangbaarheid
- Het woord smalspoor staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.