sjalot

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • sja·lot
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘uitje’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1682 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord sjalot sjalotten
verkleinwoord sjalotje sjalotjes

Zelfstandig naamwoord

sjalot v/m

  1. een kleine uiensoort
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord sjalot staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
95 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.