schrijnen
Nederlands
Woordafbreking
- schrij·nen
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Nederduits, in de betekenis van ‘pijnlijk zijn’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1648 [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
schrijnen |
schrijnde |
geschrijnd |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
schrijnen
- inergatief branderig aanvoelen
- De wond schrijnt vervelend.
Vertalingen
1. branderig aanvoelen
Gangbaarheid
- Het woord schrijnen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'schrijnen' herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
90 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.