schimpscheut
Nederlands
Woordafbreking
- schimp·scheut
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘hatelijke toespeling’ voor het eerst aangetroffen in 1599 [1]
- samenstelling van schimp ww en scheut [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | schimpscheut | schimpscheuten |
verkleinwoord | schimpscheutje | schimpscheutjes |
Gangbaarheid
- Het woord schimpscheut staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'schimpscheut' herkend door:
73 % | van de Nederlanders; |
55 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.