schepnet
Nederlands
![](../I/m/Goudvissen_in_kom-Rijksmuseum_RP-P-1964-811.jpeg)
goudvissenkom met ervoor een schepnet
Woordafbreking
- schep·net
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van schep en net
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | schepnet | schepnetten |
verkleinwoord | schepnetje | schepnetjes |
Zelfstandig naamwoord
schepnet o [1]
- een zakvormig net aan een beugel met een stok
- Als deskundige op het gebied van foraminiferen (eencellige diertjes met een kalkskelet) heeft Brummer al heel wat vaartochten meegemaakt, en zodoende al heel wat meeliftende vogels gezien. Nu is hij aan boord om de planktonsamenstelling op verschillende dieptes te bekijken: materiaal van 1.200 en 3.000 meter diep, uit de sedimentvallen, maar ook van 200 meter diep (verzameld met een overmaats schepnet) en van de oppervlakte. [2]
Gangbaarheid
- Het woord schepnet staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'schepnet' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.