rookgas
Nederlands
Woordafbreking
- rook·gas
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van rook zn en gas zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | rookgas | rookgassen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
rookgas [1]
- het gasvormige deel van rook, dat naast producten van volledige verbranding ook (giftige/brandbare) stoffen kan bevatten die onvolledig zijn verbrand
- ‘Elk jaar wordt hier gemiddeld 90 miljoen euro geïnvesteerd’, zegt woordvoerder Jan Cornelis. ‘15 procent daarvan gaat naar het verbeteren van onze milieuprestaties.’ In de fabriek aan de Kennedylaan is een stofplan gestart. Rookgas van de sinterfabriek, waar ijzererts en cokes worden geprepareerd voor de hoogovens, zal worden opgevangen. [2]
- De ontploffing ontstond door rookgas en blies de gevel eruit. Eerst bolde het dak op en werd het als het ware dubbelgevouwen. Daarna kwam de klap waarbij enkele brandweerlieden werden bedolven onder glas en stukken van kozijnen die de straat op werden geslingerd. [3]
Vertalingen
1. het gasvormige deel van rook, dat naast producten van volledige verbranding ook (giftige/brandbare) stoffen kan bevatten die onvolledig zijn verbrand
Gangbaarheid
- Het woord rookgas staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'rookgas' herkend door:
88 % | van de Nederlanders; |
87 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- de Standaard 14 JULI 2016 Bert Staes
- Tubantia Sander Sonnemans 10-januari-2017
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.