reserve

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • re·ser·ve
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord reserve reserves
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

reserve v/m

  1. iemand die of iets wat voor later gebruik opzijgezet is of wordt
    • De reserves waren door de tegenvallers aardig geslonken. 
  1. omzichtigheid, terughoudendheid
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord reserve staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen


Spaans

Werkwoord

vervoeging van
reservar

reserve

  1. aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van reservar
  1. aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van reservar
  1. gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van reservar
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.