ranglijst

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • rangĀ·lijst
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord ranglijst ranglijsten
verkleinwoord ranglijstje ranglijstjes

Zelfstandig naamwoord

ranglijst v/m

  1. klassement, lijst waarbij de elementen op volgorde van belangrijkheid, kwaliteit of prestatie staan
    • In de ranglijst van een wedstrijd staan de beste sporters meestal bovenaan. 

Gangbaarheid

  • Het woord ranglijst staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.