procent
Nederlands
Woordafbreking
- pro·cent
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘percent’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1636 [1] [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | procent | procenten |
verkleinwoord | procentje | procentjes |
Zelfstandig naamwoord
procent o
- De olieprijs was weer een paar procent gestegen.
Hyponiemen
- gewichtsprocent, massaprocent, plantenprocent, volumeprocent
Afgeleide begrippen
Vertalingen
1. een honderdste deel
Gangbaarheid
- Het woord procent staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'procent' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.