preuts
Nederlands
Woordafbreking
- preuts
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘(overdreven) kuis’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1611 [1]
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | preuts | preutser | preutst |
verbogen | preutse | preutsere | preutste |
partitief | preuts | preutsers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
preuts
- zeer ingetogen, overdreven kuis
- Het Victoriaanse tijdperk is erom berucht dat het enorm preuts was.
Vertalingen
1. zeer ingetogen, overdreven kuis
Gangbaarheid
- Het woord preuts staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'preuts' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.