presentator

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • pre·sen·ta·tor
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord presentator presentatoren
presentators
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

presentator m [1]

  1. (beroep) iemand die een tv-programma, een forumdiscussie e.d. presenteert
Hyponiemen
  • co-presentator, gastpresentator, journaalpresentator, medepresentator, nieuwspresentator, radiopresentator, sportpresentator, talkshowpresentator, televisiepresentator, tv-presentator
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord presentator staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.