posttrein

Nederlands
rode posttrein in Antwerpen
Uitspraak
  • Geluid:  posttrein    (hulp, bestand)
  • IPA: / ˈpɔstrɛin /
Woordafbreking
  • post·trein
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord posttrein posttreinen
verkleinwoord posttreintje posttreintjes

Zelfstandig naamwoord

posttrein m

  1. een trein die (voornamelijk) post vervoert
    • De beroemde Britse treinovervaller Ronnie Biggs is overleden. Dat heeft zijn woordvoerster woensdag gemeld. Biggs was een van de daders van de ‘grote treinroof’ van 1963. De bende roofde een recordbedrag van 2,6 miljoen pond uit de posttrein tussen Londen en Glasgow. [2] 
    • Vroeger konden mensen hun goederen nog met de posttrein mee sturen. Sinds 1997 vindt er echter geen postvervoer per spoor meer plaats in Nederland. "We moeten daar terughoudend in zijn. Onze conducteurs controleren vervoersbewijzen en verlenen service in de trein. Pakketjes vervoeren hoort daar niet bij." [3] 

Gangbaarheid
  • Het woord posttrein staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
97 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Reformatorisch Dagblad 18 december 2013 Britse treinovervaller Ronnie Biggs overleden
  3. Tubantia D. van Luling 12 januari 2017 Conducteur brengt sleutels van Groningen naar Schiphol
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.