polygamie

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • po·ly·ga·mie
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van het Griekse γαμος 'gamos' (huwelijk) met het voorvoegsel poly-
enkelvoud meervoud
naamwoord polygamie -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

polygamie v [1]

  1. samenleving van mens of dier met meer dan één partner
Hyponiemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord polygamie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
97 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.