pletten
Nederlands
Woordafbreking
- plet·ten
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘platslaan’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1477 [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
pletten |
plette |
geplet |
zwak -t | volledig |
Werkwoord
pletten
- overgankelijk plat maken
Vertalingen
1. plat maken
Werkwoord
vervoeging van |
---|
pletten |
pletten
- meervoud verleden tijd van pletten
- Wij pletten.
- Jullie pletten.
- Zij pletten.
- Wij pletten.
Gangbaarheid
- Het woord pletten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'pletten' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.