piston
Nederlands
Woordafbreking
- pis·ton
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘zuiger, ventiel’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1824 [1] [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | piston | pistons |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
- (muziek) koperen blaasinstrument met ventielen
- ventiel van een koperen blaasinstrument
- (motortechniek) zuiger
- kruiwagen
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord piston staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'piston' herkend door:
62 % | van de Nederlanders; |
85 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- "piston" in: Sijs, N. van der Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen. 2e druk (2002) Veen, Amsterdam / Antwerpen; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- piston op website: Etymologiebank.nl
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
Engels
![](../I/m/Piston.gif)
[1] Piston of a combustion engine
![](../I/m/Trompette_-_premier_piston_-_montage_perspective.jpg)
[2] Piston of a trumpet
Zelfstandig naamwoord
piston
- (motortechniek) zuiger, van een pomp, verbrandingsmotor etc.
- (muziekinstrument) ventiel van een koperblaasinstrument
Synoniemen
- [2] valve
Frans
Zelfstandig naamwoord
piston m
- «Les seules gonzesses qui sont promues dans cette sale boîte sont les salopes qui ont du piston.»
- De enige vrouwen die in deze gore tent promotie krijgen, zijn de dellen met vriendjes op de goede plek. [1]
- «Les seules gonzesses qui sont promues dans cette sale boîte sont les salopes qui ont du piston.»
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.