pinapparaat
Nederlands
Woordafbreking
- pin·ap·pa·raat
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van pin zn en apparaat zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | pinapparaat | pinapparaten |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
pinapparaat o
- betaalautomaat die nodig is voor het betalen met een pinpas
- Eeltje Beyman legt dinsdagmorgen bij de kassa haar wijsvinger op een kleine scanner naast het pinapparaat. De vinger is herkend en Beyman heeft betaald. 'Makkelijk hoor, kan ik boodschappen gaan doen met lege zakken. [1]
- Eigenaar Niels Mulder van Nielz kon in zijn restaurant nog geen kopje koffie serveren. Omdat de pinapparaten en de beveiliging het ook niet meer deden, sloten de meeste winkels de deuren. De kappers van Het Stijllokaal probeerden bij daglicht de klanten te knippen, maar föhnen schoot er tijdens de stroomstoring bij in. [2]
Gangbaarheid
- Het woord pinapparaat staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- de Standaard 18 JUNI 2008
- Tubantia 11- februari -2017
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.