paslood
Nederlands
paslood
Woordafbreking
- pas·lood
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van pas en lood
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | paslood | pasloden |
| verkleinwoord | pasloodje | pasloodjes |
Zelfstandig naamwoord
paslood o [1]
- (gereedschap) een stuk gereedschap om te controleren of een vlak of lijn verticaal staat
Gangbaarheid
- Het woord paslood staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'paslood' herkend door:
| 81 % | van de Nederlanders; |
| 88 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.