pantalon

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • pan·ta·lon
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘lange broek’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1809 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord pantalon pantalons
verkleinwoord pantalonnetje pantalonnetjes

Zelfstandig naamwoord

pantalon m

  1. (kleding) een lange broek
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord pantalon staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
91 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen


Tagalog

Zelfstandig naamwoord

pantalon

  1. broek
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.