paleontoloog

Nederlands

Uitspraak

Geluid: paleontoloog (hulp, bestand)

Woordafbreking

pa·le·on·to·loog

Woordherkomst en -opbouw

afgeleid van het Griekse ontoloog met het voorvoegsel paleo- (met het achtervoegsel -loog)

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	paleontoloog	paleontologen
verkleinwoord	-	-

Zelfstandig naamwoord

paleontoloog m [1]

(beroep) iemand die de paleontologie beoefent

Vertalingen

1.

Spaans: paleontólogo ^(es) m

Gangbaarheid

Het woord paleontoloog staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'paleontoloog' herkend door:

93 %	van de Nederlanders;
96 %	van de Vlamingen.

Meer informatie

Zie Wikipedia voor meer informatie.

Verwijzingen

Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.