overkomen

Nederlands

Uitspraak

(klemtoonhomogram)

  • Geluid:  overkómen    (hulp, bestand)
    • IPA: /ˌovərˈkomə(n)/
  • Geluid:  óverkomen    (hulp, bestand)
    • IPA: /ˈovərˌkomə(n)/
Woordafbreking
  • over·ko·men
Woordherkomst en -opbouw
  • vervoeging van overkomen: de stam met de uitgang -en, zonder ge- vanwege voorvoegsel (is gelijk aan de onbepaalde wijs)
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
overkomen
overkwam
overkomen
klasse 4 volledig

Werkwoord

(niet scheidbaar)
overkómen

  1. ergatief aan iemand iets ~: getroffen worden door een bepaalde gebeurtenis.
    • Hem overkwam een vreselijk ongeluk. 
Vertalingen
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
overkomen
kwam over
overgekomen
klasse 4 volledig

Werkwoord

(scheidbaar)
óverkomen

  1. ergatief de andere kant bereiken.
    • Het onweer is de rivier overgekomen. 
  1. ergatief meest onbedoeld een bepaalde indruk wekken op iemand anders.
    • Dat kwam over als een hatelijke opmerking. 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord overkomen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.