ortodoks

Deens

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: /ɒtoˈdʌgs/
Woordafbreking
  • or·to·doks
Woordherkomst en -opbouw
  • Afkomstig van het Griekse woord ὀρθόδοξος (orthodoxos).
  • Woord met het voorvoegsel orto-.

Bijvoeglijk naamwoord

ortodoks

  1. orthodox (streng in het geloof of in de leer)
  2. (religie) orthodox
Verbuiging
stellend vergrotend overtreffend
onbepaald
(sterk)
g enkelvoud ortodoks
o enkelvoud ortodokst
meervoud ortodokse
bepaald
(zwak)
enkelvoud en
meervoud
ortodokse
Synoniemen
  • [1]: rettroende
  • [1]: dogmatisk
Antoniemen
  • [1]: progressiv
Hyponiemen
  • [2]: græskkatolsk
  • [2]: græskortodoks
  • [2]: russiskortodoks
Afgeleide begrippen
  • [1]: ortodoksi
  • [1]: ultraortodoks
  • [1]: uortodoks
Typische woordcombinaties
  • [1]: ortodokse jøder
orthodoxe joden


Noors

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: /ɔʈuˈdɔks/
Woordafbreking
  • or·to·doks
Woordherkomst en -opbouw
  • Afkomstig van het Griekse woord ὀρθόδοξος (orthodoxos).
  • Woord met het voorvoegsel orto-.

Bijvoeglijk naamwoord

ortodoks

  1. orthodox (streng in het geloof of in de leer)
  2. (religie) orthodox
  3. gebruikelijk, traditioneel
Verbuiging
stellend vergrotend overtreffend
onbepaald
(sterk)
m/v enkelvoud ortodoks ortodoksere ortodoksest
o enkelvoud ortodokst
meervoud ortodokse
bepaald
(zwak)
enkelvoud en
meervoud
ortodokse ortodoksere ortodokseste
Synoniemen
  • [1]: rettroende
  • [3]: gjengs
  • [3]: kjent
  • [3]: vanlig
Hyponiemen
  • [2]: gresk-ortodoks
  • [2]: russisk-ortodoks
Afgeleide begrippen
Typische woordcombinaties
  • [1]: en ortodoks jøde
een orthodoxe jood
  • [1]: ortodoks marxisme
de orthodoxe marxisme
  • [2]: den ortodokse kirke
de Grieks-orthodoxe kerk
  • [3]: en ortodoks metode
een orthodoxe methode
  • [3]: ortodokse virkemidler i politikken
een deugdelijk middel in de politiek


Nynorsk

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: /ɔʈuˈdɔks/
Woordafbreking
  • or·to·doks
Woordherkomst en -opbouw
  • Afkomstig van het Griekse woord ὀρθόδοξος (orthodoxos).
  • Woord met het voorvoegsel orto-.

Bijvoeglijk naamwoord

ortodoks

  1. orthodox (streng in het geloof of in de leer)
  2. (religie) orthodox
Verbuiging
stellend vergrotend overtreffend
onbepaald
(sterk)
m/v enkelvoud ortodoks ortodoksare ortodoksast
o enkelvoud ortodokst
meervoud ortodokse
bepaald
(zwak)
enkelvoud en
meervoud
ortodokse ortodoksare ortodoksaste
Synoniemen
  • [1]: gammaltruande
  • [1]: rettroande
Hyponiemen
  • [2]: gresk-ortodoks
Afgeleide begrippen
Typische woordcombinaties
  • [1]: ein ortodoks jøde
een orthodoxe jood
  • [1]: ortodoks marxisme
de orthodoxe marxisme
  • [2]: den ortodokse kyrkja
de Grieks-orthodoxe kerk
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.