ordedienst
Nederlands
Woordafbreking
- or·de·dienst
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van orde zn en dienst zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | ordedienst | ordediensten |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
ordedienst m [1]
- organisatie die zorgt dat de openbare orde gehandhaafd blijft
- Over de dader is nog niets geweten, maar de politie vermoedt dat hij terroristische motieven had. Ordediensten bevestigen dat het om een geïmproviseerde bom ging. Mogelijk werd het tuig met een timer tot ontploffing gebracht. [2]
- De ordediensten zijn tussenbeide gekomen. Er is een gerechtelijk onderzoek opgestart voor geweldpleging. ,,Er zullen deze nacht verschillende verhoringen plaatsvinden", laat het Brusselse parket weten. [3]
- verzetsorganisatie tijdens de Tweede-Wereldoorlog
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord ordedienst staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'ordedienst' herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- de Standaard 15 september 2017 door mg, jvt
- Tubantia 30-03-2017
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.