oppasprobleem

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • op·pas·pro·bleem
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord oppasprobleem oppasproblemen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

oppasprobleem o

  1. het vraagstuk om aan een goede oppas te komen voor je kleine kinderen
    • Om de leraren onder druk te zetten verboden de scholen hun vanaf 2 april nog les te geven en hielden zij salaris in. Daardoor kwamen zo'n 900 duizend leerlingen thuis te zitten, met alle oppasproblemen voor ouders vandien.[1] 
    • En waar u met een ziek kind niet aan hoeft te komen bij reguliere kinderopvang wegens het gevaar van besmetting voor andere kinderen, is een gastouder vaak flexibeler. Als de gastouder zelf ziek is, zit u echter wel met een oppasprobleem. Bovendien moet de gastouder tot zes weken worden doorbetaald bij ziekte.[2] 

Gangbaarheid

  • Het woord oppasprobleem staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. De Volkskrant IRENE DE POUS 26 april 2013, Wet beslecht Deens schoolconflict
  2. De Volkskrant ROSA VEENSTRA 6 december 2012 Zo bespaart u op de crèche
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.