opblaaspop
Nederlands
Woordafbreking
- op·blaas·pop
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van opblaas ww en pop
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | opblaaspop | opblaaspoppen |
verkleinwoord | opblaaspoppetje | opblaaspoppetjes |
Zelfstandig naamwoord
opblaaspop v / m
- (levensgrote) opblaasbare pop
- dat jaar namen ze met kamperen geen luchtbedden mee maar opblaaspoppen
Gangbaarheid
- Het woord opblaaspop staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'opblaaspop' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.