onderhuren

Nederlands
Uitspraak
  • Geluid:  onderhuren    (hulp, bestand)
  • IPA: / 'ɔndərˌhyrə(n) /
Woordafbreking
  • on·der·hu·ren
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs		 verleden
tijd		 voltooid
deelwoord
onderhuren
huurde onder
ondergehuurd
zwak -d volledig 1
stamtijd
onbepaalde
wijs		 verleden
tijd		 voltooid
deelwoord
onderhuren
onderhuurde
onderhuurd
zwak -d volledig 2

Werkwoord

onderhuren [1]

  1. overgankelijk huren van de huurder
  2. overgankelijk stiekem verhuren aan een ander
Verwante begrippen
Afgeleide begrippen
  • onderhuurder, onderhuurster
Vertalingen
    1.   

Zelfstandig naamwoord

onderhuren mv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord onderhuur

Gangbaarheid
  • Het woord onderhuren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.