omtoveren

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  omtoveren    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈɔmtovərə(n)/
Woordafbreking
  • om·to·ve·ren
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
omtoveren
toverde om
omgetoverd
zwak -d volledig

Werkwoord

omtoveren

  1. overgankelijk iets een andere vorm of functie geven
    • 1. De gifbelt werd gesaneerd en omgetoverd tot een natuurgebied. 
    • 2. De kleurige lichtreclames die onze grote steden 's avonds omtoveren tot een sprookjesland, zijn glazen buizen, gevuld met een zeer verdund gas, en waar een elektrische ontlading door gaat.[1] 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord omtoveren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

  1. Bron: Marcel Minnaert
    De natuurkunde van 't vrije veld.
    Deel I. Licht en kleur in het landschap.
    W.J. Thieme, Zutphen 1937
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.