olieput

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • olie·put
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord olieput olieputten
verkleinwoord olieputje olieputjes

Zelfstandig naamwoord

olieput m

  1. (diep / geboord) gat in de aarde waar men olie uit kan oppompen
    • Met een waggelend busje rijden we verder over een tweebaansweg van betonplaten, die vol gaten zitten. Duizenden kilometerslange pijpleidingen snijden de bostoendra in parten. Het wemelt er van olieputten, ja-knikkers, opslagcontainers, schoorstenen die gas affakkelen. Alles straalt een maagdelijke orde uit. [1] 
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord olieput staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

  1. NRC Michel Krielaars 21 september 2011
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.