oefenpop
![](../I/m/Opening_najaarsbeurs_Utrecht._Oefenpop%2C_Bestanddeelnr_905-2887.jpg)
Demonstratie van een oefenpop tijdens de najaarsbeurs in Utrecht (september 1952)
Nederlands
Woordafbreking
- oe·fen·pop
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van oefen ww en pop
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | oefenpop | oefenpoppen |
verkleinwoord | oefenpoppetje | oefenpoppetjes |
Zelfstandig naamwoord
oefenpop v / m
- pop om mee te oefenen, bij voorbeeld voor medische doeleinden
Gangbaarheid
- Het woord oefenpop staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'oefenpop' herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.