oefenpop

Demonstratie van een oefenpop tijdens de najaarsbeurs in Utrecht (september 1952)

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • oe·fen·pop
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord oefenpop oefenpoppen
verkleinwoord oefenpoppetje oefenpoppetjes

Zelfstandig naamwoord

oefenpop v / m

  1. pop om mee te oefenen, bij voorbeeld voor medische doeleinden
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord oefenpop staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.