nitriet
Nederlands
Woordafbreking
- ni·triet
Woordherkomst en -opbouw
- afgeleid van Latijn 'nitrum' van het Griekse 'nitron' νίτρον, met het achtervoegsel -iet
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | nitriet | nitrieten |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
nitriet o
- (scheikunde) een zout dat het ion NO2- bevat
- Er zijn bacteriën die nitraten in nitrieten omzetten.
- (scheikunde) een ester die de NO2- groep bevat
Verwante begrippen
- salpeterigzuur
Vertalingen
1. een zout dat het ion NO2- bevat
Gangbaarheid
- Het woord nitriet staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'nitriet' herkend door:
92 % | van de Nederlanders; |
89 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.